Een reis door de Franse Alpen, gevolgd door een verblijf in de Provence. Aug. 2014

LES BAUX-DE-PROVENCE

VRIJDAG 22 aug.
Herman loopt naar het centrum van ons dorp om er te pinnen. Er zijn daar voorbereidingen aan de gang voor een feest dat een paar dagen zal duren. Iets met stieren of zo.
Het is een benauwde dag. Geen wind en tegen het middaguur ook geen zon.
We zijn in het verleden eerder in Les Baux-de-Provence geweest. En nu we er zo dicht bij zitten is het haast onvermijdelijk om er niet naar toe te gaan.

Op een van de rotsen van de Alpilles ligt de rots van Les Baux. Bovenop de kalksteenrotsen zie je de vestingmuren en de vervallen citadel.
Aan de kant van de weg is het betaald parkeren. We staan vlakbij een hoge trap die naar de stad loopt. We zijn buiten adem als we boven komen.
Sommige kronkelige straatjes zijn druk met mensen en winkeltjes en andere straatjes zijn juist uitgestorven. Er is genoeg plaats om iets te eten of te drinken.

We lopen meteen door naar het kasteel, entree 10 euro.
Over grind en een slecht begaanbaar terrein lopen we voorzichtig naar het hek voor een schitterend panorama. Hier fladdert een grote gele vlinder.
Aan de voet van het oude kasteel staan allerlei martelwerktuigen opgesteld. En er wordt een openluchtvoorstelling gegeven. Herman had al twee van die mannen in kostuum op de foto gezet in een van de straatjes. Vooral voor de jeugd is het een leuke voorstelling.

Op een terras drinken we Schweppes, geen tonic dit keer, maar een drankje met 4 vruchten (mandarijn, sinaasappel, limoen en pompelmoes). Als we zijn uitgerust lopen we nog door een paar straatjes om winkeltjes te bekijken.
Dan weet Herman dat we aan de goede kant zijn waar de auto staat. Over iets makkelijker treden lopen we naar beneden. Dan vinden we al snel de auto terug in de lange rij.

Terugrijdend naar ons huisje doen we het dakraam helemaal open, maar dat is toch geen succes. Het is veel te benauwd, geef mij maar airco.

Half zeven horen we een geluidinstallatie en dus kleden we ons voor de feestavond in het dorp.
Natuurlijk zijn we veel te vroeg. De terrassen zijn nog heel erg leeg.
In de straat zijn ook kermisachtige kraampjes neergezet, de meeste zijn nog dicht. Voor de kinderen is er een leuke draaimolen. We lopen over het feestterrein, maar zijn daar snel mee klaar. Dan gaan we maar een wijntje drinken.
Eten doen we op een ander terras. En net als we willen gaan zitten vallen er regendruppels. Het is hier niet overdekt dus laten we er maar het beste van hopen.
We bestellen de dagschotel met een karafje wijn en een dessert of kaas voor 14,50 p/p. Het smaakt lekker zo tussen de spetters door. De dagschotel bestaat uit een gevulde tomaat, gevulde champignon en gevulde courgette met frites en sla en brood.
Ondertussen wordt er opgetreden door een drietal gitaristen. Leuke, eigentijdse muziek.
De avond gaat veel te snel voorbij. Morgen moeten we vroeg opstaan omdat we het hier gaan verlaten en huiswaarts keren.